“Mars Pensioenfonds staat aan de vooravond van een geheel nieuwe pensioenregeling. We kennen de contouren van die nieuwe regeling grotendeels, maar er moet ook nog veel gebeuren.” Waar staat het fonds nu, twee jaar voor de invoering van de nieuwe regeling? En wat moet er allemaal nog gebeuren?
Aan het woord is Fred Nieuwland, voorzitter van het bestuur van Mars Pensioenfonds: “Op dit moment zijn alle partijen druk bezig met het transitieplan, dat voor het eind van dit jaar af moet zijn.”
Plannen maken
In het transitieplan staat bijvoorbeeld hoe de nieuwe regeling eruitziet en hoe hoog de premies straks zijn. Ook beschrijft het hoe het nabestaandenpensioen geregeld wordt. Fred: “De uitkomsten van de huidige en de nieuwe regeling zullen redelijk vergelijkbaar zijn. Ook straks mag je een ouderdomspensioen verwachten en regelen we pensioen voor je nabestaanden. In termen van echte bedragen kunnen we pas dicht bij de overgang per individu iets zeggen, want de berekeningen hangen samen met de dekkingsgraad van 31 december 2026.”
![](/sites/www.marspensioen.nl/files/styles/square/public/_DSC1140%20Fred%20Nieuwland%20xxx%20donkerder%201kx1k.jpg?itok=ynwfaL2f)
Invoering pas in 2027
Op de vraag waarom de voorbereidingen zo lang duren, noemt Fred drie hoofdredenen: “Ten eerste, er gaat echt iets veranderen. Nu hebben we twee verschillende pensioenregelingen. De eerste van deze twee is de eindloonregeling – waarbij het pensioen wordt berekend op basis van het laatstverdiende salaris – biedt zekerheid over de hoogte van de pensioenuitkering. Het te bereiken pensioen is het gegeven: als de rendementen niet voldoende zijn moeten de premies omhoog, en omgekeerd. Als tweede hebben we de MUP/MSP-regeling, die meer lijkt op de nieuwe pensioenregeling.
In de nieuwe regeling zijn de pensioenpremies een gegeven. De rendementen zijn variabel, en daarmee ook het te behalen pensioen. Dat is dus een wezenlijk verschil met de eindloonregeling. Het is belangrijk om onzekerheden in de nieuwe regeling te beperken. We willen daar een hele reeks van maatregelen voor inzetten, en de werking daarvan moet onderzocht worden.”
Fred vervolgt: “Ten tweede is dit een overgang die nog nooit ergens anders heeft plaatsgevonden, we kunnen dus geen gebruik maken van geleerde lessen. Het is daarom belangrijk dat voor alle pensioenfondsen deze overgang vlekkeloos verloopt en dit vereist een gedegen voorbereiding waar veel tijd in gaat zitten. Ten slotte zijn heel veel interne én externe partijen hierbij betrokken, wat veel afstemming vergt. Kortom, het is een pittige klus, waar we ook echt onze tijd voor willen en moeten nemen.”
Pensioenuitvoerder is er klaar voor
Er gelden tal van regels waaraan elk pensioenfonds moet voldoen voordat de toezichthouders groen licht geven voor de overgang. Het fonds moet dan ook een implementatieplan en een transitiecommunicatieplan indienen bij de toezichthouders. Fred: “Daarom stelt een aantal pensioenfondsen hun overgang ook uit. Het voorbereiden van de overgang en het toetsingstraject door de toezichthouders duren langer dan vooraf ingeschat. Beroepspensioenfonds Loodsen heeft die goedkeuring van de toezichthouders al wel. Zij zitten bij dezelfde uitvoeringsorganisatie als Mars. Dat betekent dat onze uitvoeringsorganisatie er klaar voor is, wat erg positief is. Ook met het oog op de toekomst.”
Houdbaar en toekomstbestendig
Fred heeft ietwat gemengde gevoelens over de veranderingen in het Nederlandse pensioenstelsel: “Door demografische ontwikkelingen werden alle oude regelingen steeds duurder. Er zijn straks immers veel minder werkenden dan gepensioneerden. Ook moesten de regelingen aan steeds strengere toezichtseisen voldoen en flinke buffers aanhouden. In die opzichten zijn we beter af met een nieuw systeem dat voor de verre toekomst houdbaar is. De huidige eindloonregeling kent natuurlijk ook voordelen. Zo moet de werkgever bijstorten als dat nodig is en is de kans op korten zeer klein.
De MUP/MSP-regeling ligt eigenlijk al dichter bij de nieuwe situatie en MUP/MSP-deelnemers ervaren de overgang naar het nieuwe stelsel mogelijkerwijs als minder ingrijpend.
De nieuwe regeling, waar het pensioen van jaar op jaar kan veranderen vraagt meer en transparante communicatie met onze deelnemers. Nu kunnen we achter de schermen ervoor zorgen dat het toegezegde pensioen ook uitgekeerd wordt. Straks staan we als pensioenfonds vol in de schijnwerpers, en moeten we bij alle resultaten adequate uitleg geven. Dat is op zich natuurlijk niet slecht, maar het eist een ander perspectief op communicatie van ons dan nu het geval is, want onze communicatie mag niet alleen een goed-weerscenario zijn. Nu verwachten we in de toekomst wel degelijk een goed-weerscenario en denken we dat niemand erop achteruit gaat. Maar als de rendementen tegenvallen, dan kunnen de pensioenen ook omlaag gaan.
Ons doel is dat vanaf 1 januari 2027 iedere associate in dezelfde regeling zit. Oudgedienden en nieuwkomers, jong en oud. Dat levert minder complexiteit op voor zowel het pensioenfonds als de uitvoerder. En straks kunnen werkgevers die tot de Mars-familie zijn toegetreden meteen instappen. Dat betekent ook dat medewerkers hierdoor bij een wissel binnen Mars Nederland bij hetzelfde pensioenfonds kunnen blijven, erg handig.”
Geweldige uitdaging
Fred vervolgt: “Ik vind deze ontwikkeling op zich een geweldige uitdaging. Als we dit met z’n allen – de hele sector dus – tot een succes weten te maken, dan hebben de ons omringende landen hier ook wel oren naar, denk ik. Het is complex: als je een puzzelstukje vindt dat past, dan is er weer een ander stukje dat je nergens aan kunt leggen. Ik krijg er wel energie van. Het zit in de Mars-cultuur om het naadje van de kous te willen weten: wat komt er op ons af en wat betekent dat? Wat doen we bijvoorbeeld als de inflatie of als geopolitieke spanningen oplopen? Door dit soort vragen te beantwoorden willen we zorgen voor een nieuwe regeling die tegen een stootje kan.”
Goede voornemens
Het nieuwe jaar nadert al snel, en er is meer in het leven dan alleen werk. Fred: “Een goed voornemen voor komend jaar is genoeg bewegen. Ik ga beginnen met langlaufen! En zorgen voor een goede work-lifebalance, wat vooral betekent dat ik moet luisteren naar mijn partner als ze vindt dat ik te veel werk.”